5 dingen die je kunt leren van een strakke deadline

Donderdag 26 april, 18:00 uur. Peter zakt net onderuit om met een biertje aan Koningsnacht te beginnen. Telefoon. Nienke van Kuseema op het display, een organisatie voor jongeren; toch maar even nemen.

“Hallo Peter, die tranche van ZonMw voor de MDT.”
     “De wat?”
“De maatschappelijke diensttijd. De proeftuinen om te experimenteren hoe je de MDT invult. We móeten een subsidieaanvraag doen, die kans kunnen we niet laten schieten. Wij hebben een tekening, het begin van een idee. Kan Spectrum een aanvraag indienen en de kar trekken?”
     “Oke, snap ik. Klinkt goed.”
“Mooi, ik wist wel dat je mee zou doen.”
     “En de deadline?”
“Het wordt een haastklus, Peter.”
     “Oké, gaan we doen!”

Bingo!
Zo ging dat. Nou ja, ongeveer. Peter betrekt collega’s, we gaan met z’n allen als een dolle aan de slag. Praten, schrijven, masseren, luisteren, herschrijven, rekenen, nadenken, diep zuchten en doorgaan en dan, nog geen vier weken later: ‘Send’. Op hoop van zegen. En dan is het op 26 juli feest: onze aanvraag is gehonoreerd!
Maar ook als we buiten de boot waren gevallen, had het al als een succes gevoeld. Een afwijzing was natuurlijk jammer geweest, maar we hebben zo veel geleerd van dit proces. Terugkijkend zien we vijf punten die ons hebben geholpen om de klus tot een goed eind te brengen.

Een en twee

Bij een klus met zo’n duidelijk doel en een strakke deadline heb je de neiging om alleen op het eindresultaat aan te sturen. Maar richt je aandacht ook op het proces zelf, dat is cruciaal om te slagen.
En terugkijkend concluderen we dat je veel meer kunt dan je denkt, zolang je het hoofd koel houdt, niet in paniek raakt en de humor erin houdt.

Drie: verwachtingsmanagement

Omdat de tijd zo kort was, hebben we welzijnsinstellingen benaderd die Spectrum al kennen en vertrouwen. Normaal gesproken moet je tijd investeren om goed samen te werken: luisteren, samen op denken, overtuigen en ook weer inschikken om op één lijn te komen. Een beetje platonisch flirten eigenlijk. We hadden nu geen tijd om diplomatiek te zijn en dat hebben we meteen gezegd. Omdat er al vertrouwen is, hebben de partners dat geaccepteerd.

Vier: meer dan inzet

We hebben zelf alles op alles gezet, maar dat is niet genoeg. Als team moet je elkaar aanvullen op verschillende vlakken. Je hebt net zo goed visie nodig, als praktisch denken en coachende vaardigheid. Peter de doordouwer met lef, Maaike die het enthousiasme er ook op ontmoedigende momenten in houdt en Jasper die een wazig plan leest en droogjes vraagt ‘waar héb je het over man?’ Maar ook attent, even bellen ‘red je het nog?’

Vijf: vertrouwen

Partners hebben wederzijds vertrouwen nodig. Aan de ene kant: goed luisteren en zoveel mogelijk rekening houden met alle wensen. Aan de andere kant: niet op elke punt en komma gaan zitten. Onze samenwerkingspartners hebben zich daarin overtroffen. Grensoverschrijdend zelfs: Peter belde voor commentaar zelfs op het vakantieadres van een partner. Staat die arme man notabene in het politiebureau van Valencia om aangifte te doen van diefstal. Toch even een paar discussiepunten doornemen. Fiat geven. Go!

De proeftuin inrichten

Het begon met de tekening van Kuseema. De kern van ons plan is dat jongeren zelf bedenken hoe de maatschappelijke diensttijd eruit moet gaan zien. Wij zijn de architecten, maar de jongeren zijn de hoveniers van de proeftuin. Wij zien veel kansen in de maatschappelijke diensttijd, maar hebben ook kritische kanttekeningen. Daarom is dit zo’n mooie manier van beleid maken. In de praktijk uitproberen wat werkt en ontdekken op welke ideeën je terug moet komen. Kansen benutten en bedenkingen ruimte geven. Dan pas het beleid vaststellen.

Onze partners in het project Jong en Meer zijn: Kuseema, Kulturhus Westervoort, Stichting Welzijn Lochem, Radar Oost-Nederland, Welzijn West-Betuwe en Welzijn in Elburg.

  • Leestijd 3 minuten
  • Publicatiedatum
  • Thema Jeugd en jongeren
  • Type Blog
  • Auteur(s) Maaike Jeronimus